Zwangerschapsverlof

De totale duur van het zwangerschapsverlof waar je recht op hebt, bedraagt minimaal 16 weken. Op jouw verzoek wordt je arbeidsovereenkomst verlengd met de periode van het opgenomen zwangerschapsverlof. Er wordt onderscheid gemaakt tussen pre- en postnataal zwangerschapsverlof. Het prenatale zwangerschapsverlof begint tussen 6 en 4 weken voor de dag na je uitgerekende datum (de zogenaamde flexibiliteitsperiode).
Na de bevalling heb je recht op postnataal zwangerschapsverlof en een uitkering bij bevalling. Houd er rekening mee dat je op grond van de Wet arbeid en zorg verplicht bent mee te werken aan de aanvraag van de uitkering bij het UWV. De uitkering wordt vervolgens verrekend met het bedrag waar je recht op hebt.
Je bent verplicht om na de bevalling ten minste zes aaneengesloten weken zwangerschapsverlof op te nemen. De rest van je zwangerschapsverlof kan in overleg met je werkgever flexibel worden opgenomen over een periode van 30 weken. Zo kun je bijvoorbeeld weer één of meerdere dagen per week gaan werken. Of je kunt een aantal weken weer fulltime werken en daarna de resterende verlofperiode flexibel opnemen.
Uiterlijk drie weken na de start van je zwangerschapsverlof moet je met je werkgever bespreken hoe je de resterende verlofperiode gaat opnemen. Je verzoek mag alleen worden afgewezen als je werkgever een ‘zwaarwegend bedrijfsbelang’ heeft. Aan deze criteria wordt niet snel voldaan. Je verzoek moet binnen twee weken na indiening door je werkgever worden beantwoord.

ndervindt u momenteel problemen tijdens uw promotie waarbij u hulp nodig heeft?
De meeste instellingen hebben een aantal contactpunten voor hulp. Dit kompas is ontworpen om u te helpen de juiste ondersteuning te vinden.
In het uitklapmenu kunt u de instelling selecteren waar u promoveert. De routekaart toont u dan de beschikbare contactpunten. In de meeste gevallen is het verstandig om te beginnen bij de contactpunten in uw directe werkomgeving en daarna door te gaan naar hogere niveaus (zoals institutioneel of nationaal).
Onderaan de pagina vindt u enkele voorbeelden van problemen die u kunt tegenkomen en een lijst met beschrijvingen van elk contactpunt.
Uw Eerste Contactpunten
Collega's: Soms kan het al helpen om met uw collega's te praten over het probleem dat u ervaart. Dit zal u helpen de ernst ervan in te schatten en kan u bondgenoten bieden bij het ondernemen van verdere stappen.
Dagelijkse begeleider*: Uw dagelijkse begeleider is vanzelfsprekend het eerste contactpunt voor alle problemen. Hij of zij kan u helpen de volgende stappen te bepalen. Uiteraard voelt u zich misschien niet prettig om alles met uw begeleider te bespreken, of misschien is uw dagelijkse begeleider betrokken bij het probleem. Kijk in deze gevallen naar de andere beschikbare contactpunten.
Promotor of Copromotor*: Vooral in het geval van problemen met uw dagelijkse begeleider, kunt u contact opnemen met uw promotor of een ander lid van het begeleidingsteam en vragen om een een-op-een gesprek. Misschien kunnen zij (tijdelijk) inspringen en u helpen het probleem op te lossen.
Als u een conflict heeft met uw begeleider(s), kunt u ook de PNN routekaart voor conflicten met promotiebegeleiders raadplegen.
*Let op dat uw jaarlijkse beoordelingsgesprek met uw begeleidingsteam een goede gelegenheid is om problemen of suggesties voor verbetering aan te kaarten.
Nationale Contactpunten
Vakbonden: Organisaties die de belangen van academisch personeel behartigen en ondersteuning bieden bij arbeidsgerelateerde zaken, rechten en eerlijke behandeling.
NWO Loket Wetenschappelijke Integriteit: Een gespecialiseerd loket dat zich richt op zorgen over wetenschappelijke integriteit in projecten die verband houden met of gefinancierd worden door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit (LOWI): Een onafhankelijk orgaan dat klachten met betrekking tot wetenschappelijke integriteit behandelt en een platform biedt voor een eerlijk onderzoek. Als u van mening bent dat de lokale wetenschappelijke integriteitscommissie van uw instelling een zaak niet correct heeft afgehandeld, kan het LOWI het volgende contactpunt zijn.
Politieaangifte doen: In gevallen van een strafbaar feit kunt u overwegen contact op te nemen met de lokale politie om incidenten te melden en hulp te zoeken.
