Buitenpromovendi

BG
Meer weten? Neem contact op met A.G. Elrod voor advies.
Contact

Buitenpromovendi doen promotieonderzoek, zonder daarvoor bij een universiteit aangesteld te zijn. Zij doen hun onderzoek onbezoldigd en in hun eigen tijd uit liefhebberij of in dienst van het bedrijfsleven. Een ieder die buitenpromovendus wil worden, dient zelf contact op te nemen met een beoogd promotor. Informatie voor buitenpromovendi en bijbehorende rechten en plichten kan gevonden worden op de websites van de universiteiten.

Een buitenpromovendus is iemand die zijn of haar promotieonderzoek uitvoert zonder aanstelling aan de universiteit. Buitenpromovendi zorgen dus zelf voor de financiering van hun promotietraject. Onderzoek van het Rathenau instituut schat dat ongeveer de helft van de promovendi in Nederland geen aanstelling heeft met de promotie als hoofddoel. De helft van de promovendi in Nederland is dus buitenpromovendus. Afgaande op het aantal werknemer-promovendi in Nederland (gebaseerd op UNL cijfers van 2018) zijn er in Nederland naar schatting omstreeks 9000 extern gefinancierde promovendi.

Universiteiten zijn vrij in hun beleid ten aanzien van buitenpromovendi. Veel onderzoeksscholen gaan afgewogen met deze vrijheid om, maar er zijn ook misstanden. Het VPRO programma Argos liet bijvoorbeeld zien dat de Universiteit Tilburg met schimmige constructies werkte die vooral gericht waren op het zo snel mogelijk binnenhalen van de promotiebonus. De PNN is fel tegenstander van dit soort praktijken.

Momenteel is de PNN bezig de situatie rond buitenpromovendi beter in kaart te brengen om te kijken of verdere actie nodig is. Het genoemde Rathenau onderzoek laat zien dat buitenpromovendi een grotere vertraging verwachten dan werknemer promovendi. Ook zijn buitenpromovendi minder goed ingebed in de universiteit en minder positief over hun begeleiding dan werknemer promovendi.

De hierboven gehanteerde definitie van buitenpromovendi is gangbaar, maar veroorzaakt ook verwarring. De verschillen tussen buitenpromovendi zijn groot. Om beter recht te doen aan deze verschillen, introduceerde de VSNU  in 2019 een veel striktere definitie. Hierin is de naam buitenpromovendus voorbehouden aan een promovendus die zijn of haar promotie echt uit eigen middelen financiert. Promovendi die een beurs krijgen (van de eigen universiteit of een andere instelling) zijn beurspromovendi. Promovendi die externe financiering hebben of promoveren in de tijd van de werkgever zijn extern gefinancierde promovendi. Als dat laatste gebeurt op de universiteit waar ook de promotie plaatsvindt, spreekt men van een promoverende medewerker.

De baten voor de universiteit per extern gefinancierde promotie zijn hetzelfde als voor een werknemers-promotie. De promotiebonus die een universiteit van de overheid ontvangt per afgeronde promotie maakt geen onderscheid in de financiering.

De kosten voor de universiteit zijn beperkt tot de begeleiding en de toegang tot de faciliteiten van de universiteit. Iedere universiteit kan zelf bepalen onder welke voorwaarden zij buitenpromovendi toelaat. Er is geen overzicht van de diverse regelingen voor buitenpromovendi, maar duidelijk is dat de verschillen tussen universiteiten groot zijn. Zelfs binnen een universiteit verschillen de regels per onderzoeksschool. Niet alleen het inschrijfgeld varieert van nul tot duizenden euro’s, ook verschillen de geboden faciliteiten, de intensiteit van de begeleiding en het aantal jaren dat een promotietraject mag duren.

ndervindt u momenteel problemen tijdens uw promotie waarbij u hulp nodig heeft?

De meeste instellingen hebben een aantal contactpunten voor hulp. Dit kompas is ontworpen om u te helpen de juiste ondersteuning te vinden.

In het uitklapmenu kunt u de instelling selecteren waar u promoveert. De routekaart toont u dan de beschikbare contactpunten. In de meeste gevallen is het verstandig om te beginnen bij de contactpunten in uw directe werkomgeving en daarna door te gaan naar hogere niveaus (zoals institutioneel of nationaal).

Onderaan de pagina vindt u enkele voorbeelden van problemen die u kunt tegenkomen en een lijst met beschrijvingen van elk contactpunt.

Uw Eerste Contactpunten

Collega's: Soms kan het al helpen om met uw collega's te praten over het probleem dat u ervaart. Dit zal u helpen de ernst ervan in te schatten en kan u bondgenoten bieden bij het ondernemen van verdere stappen.

Dagelijkse begeleider*: Uw dagelijkse begeleider is vanzelfsprekend het eerste contactpunt voor alle problemen. Hij of zij kan u helpen de volgende stappen te bepalen. Uiteraard voelt u zich misschien niet prettig om alles met uw begeleider te bespreken, of misschien is uw dagelijkse begeleider betrokken bij het probleem. Kijk in deze gevallen naar de andere beschikbare contactpunten.

Promotor of Copromotor*: Vooral in het geval van problemen met uw dagelijkse begeleider, kunt u contact opnemen met uw promotor of een ander lid van het begeleidingsteam en vragen om een een-op-een gesprek. Misschien kunnen zij (tijdelijk) inspringen en u helpen het probleem op te lossen.

Als u een conflict heeft met uw begeleider(s), kunt u ook de PNN routekaart voor conflicten met promotiebegeleiders raadplegen.

*Let op dat uw jaarlijkse beoordelingsgesprek met uw begeleidingsteam een goede gelegenheid is om problemen of suggesties voor verbetering aan te kaarten.

Institutional Level

Faculty / Department / Graduate School Level

Institutional Level

Faculty / Department / Graduate School Level

Nationale Contactpunten

Vakbonden: Organisaties die de belangen van academisch personeel behartigen en ondersteuning bieden bij arbeidsgerelateerde zaken, rechten en eerlijke behandeling.

NWO Loket Wetenschappelijke Integriteit: Een gespecialiseerd loket dat zich richt op zorgen over wetenschappelijke integriteit in projecten die verband houden met of gefinancierd worden door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).

Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit (LOWI): Een onafhankelijk orgaan dat klachten met betrekking tot wetenschappelijke integriteit behandelt en een platform biedt voor een eerlijk onderzoek. Als u van mening bent dat de lokale wetenschappelijke integriteitscommissie van uw instelling een zaak niet correct heeft afgehandeld, kan het LOWI het volgende contactpunt zijn.

Politieaangifte doen: In gevallen van een strafbaar feit kunt u overwegen contact op te nemen met de lokale politie om incidenten te melden en hulp te zoeken.

Voorbeelden

Weet u niet zeker voor wat voor soort problemen u hulp kunt zoeken? U kunt hier enkele voorbeelden bekijken, maar onthoud dat, hoe groot of klein u uw probleem ook vindt, u altijd om hulp kunt vragen.
Werkdruk en Tijdmanagement
Persoonlijk Welzijn
Begeleiding en Mentorschap
Werkplekomgeving
Carrière en Toekomstzorgen

Beschrijvingen

Hier zijn enkele beschrijvingen van elk contactpunt:
Facultaire Promovendiraad
Graduate School
Decaan van de Faculteit
Promovendus Mentor op Faculteits-/Departementsniveau
Promovendiorganisatie
Bedrijfsarts
Promovendus Psycholoog / Vertrouwenspersoon
HR-adviseur
Adviseur / Commissie Wetenschappelijke Integriteit
Vertrouwenspersoon
Deel deze pagina